Hyden, Albany, Walpole, Pemberton , Margaret River, Fremantle, Perth, en Alice Springs.

MARY 60 JAAR

Mary werd gisteren 10 november 60 jaar; we hebben dit heugelijke feit gevierd met een diner in het hotel in Alice Springs, waar we net gearriveerd zijn. S’ morgens vroeg had Mary het kadootje dat ze bij ons vertrek uit Nederland van haar zus Jantien, zwager, en moeder  had meegekregen, al uitgepakt. Heel leuk. We hebben veel sms-jes en mailtjes gekregen met felicitaties; iedereen willen we daarvoor bedanken. Het is goed te weten dat “uit het oog” niet altijd “uit het hart” hoeft te betekenen. Van de kinderen en kleinkinderen – waar we regelmatig mee skypen -, kregen we diverse foto’s toegestuurd, van o.a hun verjaardagen, en een aantal door hen voor hun 60- jarige oma gemaakte tekeningen en verf werken, waarvan er hier een paar afgebeeld zijn. Hartverwarmend allemaal.

Onder: De kleine Mary feliciteert hier enthousiast haar oma Mary waarnaar ze vernoemd is; ook Nico doet een duit in het felicitatie zakje. Hij weet zich tegenover ons sinds we van huis zijn, we zien dat op skype, niet zo goed een houding te geven. Misschien is ie wel een beetje boos omdat we zolang weg zijn.

Onder: Van de kleinkinderen kregen we zelfgemaakte tekeningen en verf werkjes op gestuurd. We hebben ervan genoten natuurlijk

WAAR ZIJ WIJ NU ?

We namen afscheid van Kees en Addy, en zetten koers naar Hyden via het oude plaatsje York. Vanuit Hyden – staat niet op onderstaand kaartje – waar we één nacht verbleven, reden we naar het mooie en mondaine kustplaatsje Albany. Via Walpole – na één nacht – , en Pemberton, ging het verder via Busselton naar het bekende “wijnplaatsje” Margaret River, waar we ook twee nachten sliepen. Vervolgens reden we naar de zuidelijke suburb van Perth, het gezellige Fremantle voor een verblijf van drie nachten. Vanuit de haven van Fremantle voeren we de tweede dag in een half uur naar het schitterende eiland Rottnest, verkenden we daarna Perth en leverden hier woensdagmorgen onze bushcamper in; met 8770 km van ons op de kilometerteller. Woensdagmiddag j.l  10 november vlogen we op de verjaardag van Mary in drie uur tijd naar het in het midden van Australie in de woestijn gelegen plaatsje Alice Springs, waar we nu zijn.

Onder: Het oeroude plaatsje York, waar we na ons verblijf bij Kees en Addy op weg naar Hyden toch even uitstapten. Wat een rust en landelijkheid heersen hier!

Onder: De temperaturen zijn hier nu schappelijk; de hitte van het tropische Noordwest Australie ligt achter ons; het wordt nu zomer: overdag zo’n 28 graden en s’ nachts rond 18 graden Celsius. Het landschap begint er nu ook echt heel anders en vooral geciviliseerder uit te zien. Er staat hier duidelijk meer water in de dammen. Soms lijkt het wel net Nederland vooral met die koeien en het grasland.

Onder: Zoals ik hierboven al vermeldde; het landschap lijkt hier in het zuidwesten van West Australië soms wel eventjes op Nederland. De koeien zien er hier in tegenstelling tot het noorden van WA , net als in Nederland ook heel gezond uit.

Onder: We zien ook steeds meer van de beroemde “wheatbelt” van Australië; de zogenaamde graanschuur van dit machtig grote land. In een heel groot gebied ten oosten van Perth, worden allerlei gewassen, maar voornamelijk graan verbouwd. Vele honderden kilometers achtereen ziet men niets anders dan gele, met graan bedekte velden. 

Onder: Die Australiërs hebben toch maar bijna alles zelf, al die grondstoffen zoals goud, diamant, koper, aluminium, steenkool, ijzer olie etc… maar ook het lichtgele goud: GRAAN !!!

Onder: Na al dit lichtgele goud arriveerden we in Hyden waar we de beroemde Wave Rock zagen. Een in miljarden jaren door water en lucht uitgesleten rotspartij in de vorm van een grote golf. Men kan hierop staand, foto’s maken alsof men staat te windsurfen. In Hyden hadden we veel last van vliegen, we liepen hier de meeste tijd rond met onze mosquito netten op. Deze vliegen bijten niet , maar zijn wel heel irritant.

Onder: Achter de Wave Rock zagen we nog dit rare rotsje, het zogenaamde “open bekje”. Nou ja,….. open bek zullen we maar zeggen.

Onder: Van Hyden naar Albany rijdend, zagen we tussen de bomen door, langs de weg, plotseling een Nederlandse molen staan. Uiteraard draaiden we om en reden even dit terrein op. Wat is daar nou allemaal aan de hand?

Onder: Jawel hoor; een Nederlandse molen, gebouwd door Hennie en Pleun Hitzert uit het Zeeuwse Puttershoek.

Onder: Er was verder geen teken van leven in en bij de molen, dus reden we maar weer verder, maar niet na dit ouderwetse plaatje nog geschoten te hebben; een Nederlandse molen tussen het wuivende graan.

Onder: Het begon richting Albany steeds meer op de Veluwe te lijken; een prachtige route door dichtbegroeide bossen met Sandlewood en Karitrees. Heel sterk naar zoet hout geurend.

Onder: Albany leek ons bepaald niet een stadje voor starters op de woningmarkt. Dure huizen op waanzinnige mooie lokaties. Het caravan park hier was ook heel mooi.

Onder: Uitzicht van het caravan park in Albany naar de zee. ( Oceaan )

Onder: De mooie Frenchman Bay in Albany

Onder: Bij “The Windmill Farm in Albany stonden we op deze kliffen een tijdje naar de golven te kijken toen ik besloot onderstaand trappetje maar eens af te gaan om wat foto’s van de torenhoge golven te maken. Daarna liep ik weer naar boven, daarbij slechts kijkend naar de traptreden waar ik m’n voeten op zette. Plotseling zag ik op een tree, waar ik m’n rechtervoet neer wilde planten een grote slang kronkelen. Ik kon nog net m’n voet naast z’n kop neerzetten. Op z’n kop gaan staan, is nou net het enige wat je met slangen NIET moet doen, zeggen de kenners hier allemaal.. In 0,1 seconde was ik 10 meter hoger, en durfde niet eens achterom te kijken voor een foto. Dat wil wat zeggen vrienden….
  

Onder: Net voor het slangen incident maakte ik de volgend beauty’s van plaatjes van machtige vele meters hoge golven. Alsof ze in slow motion op je af rollen, een prachtig gezicht, waar je wel uren naar kan blijven kijken. 

Onder: Ook weer zo’n prachtig exemplaar. Als je dit ziet hoor je als het ware het gierende geluid erbij.

Onder: Van Albany reden we naar het bosrijke Walpole, waar we ook door zwermen vliegen belaagd werden en niet zonder onze mosquito netten konden.. Hier bezochten we de befaamde Tree Top Walk, een steeds stijgende stellage tussen de hoge Karitrees aangelegd, zodanig dat uiteindelijk boven de boomtoppen gelopen kan worden. Een hele vreemde gewaarwording.

Onder: In The Valley of the Giants zagen we deze reuzen bomen.

Onder: Maar ook deze reuze holle bolle bomen. Is dat Mary nou niet die daaronder door komt?

Onder: Vanuit Walpole reden we door een werkelijk schitterende natuur naar Pemberton.

Onder: In Pemberton moet je de Gloucester Tree beklommen hebben. Jawel, 61 meter langs de boom omhoog. Zoals te zien heb ik dat met m’n mosquito netje op gedaan.

Onder: We gaan naar het wijngebied bij Margaret River ten zuiden van Perth. Het landschap , met wijnranken, begint nu echt op dat van Nieuw Zeeland te lijken. Wie had dat gedacht in dat verders ruige en woeste West Australië.

Onder: Dit zijn we gewend van de wijn gebieden in Oostenrijk, waar we vaak komen. Maar ja er is toch ook heel veel Australische wijn op de markt , dus was onderstaand beeld hier wel enigszins te verwachten.
 

Onder: In het Margaret River wijngebied, ligt de ene statige Wijn Estate naast de andere. Men probeert er echt iets moois van te maken. Vooral de entrees aan de kant van de weg zien er een beetje brallerig en protserig – maar toch wel mooi – uit.

Onder: Mary en ik maakten ook een wijntour mee. Australiers houden van lekker en van veel. Een wijntourtje wordt aangeprezen met o.a “op z’n minst 40 wijntjes”. Hier heffen Mary en ik het glas bij wijntje nr 10 op het derde wijngoed. We hoefden gelukkig niet zelf terug te rijden. 

Onder: Prachtige wijnranken die we zagen tijdens onze wijntour in Margaret River.

Onder: De wijngebieden zijn over het algemeen niet zo groot als die wij in Oostenrijk gezien hebben, maar er zijn er wel heel erg veel. Heeeel eeeerg veeeeeel !!!

Onder: We trokken weer verder, naar Fremantle, een zuidelijk voorstadje van Perth. In Perth zelf is niet zo veel te beleven, daarom kozen we domicilie in de dit frivole en gezellige plaatsje, waar we tot onze verbazing ook onze Zwitserse reis vrienden Roland und Sonja weer op het caravanpark tegenkwamen. Dat werd natuurlijk heel gezellig. Vanuit Fremantle voeren we per bootferry in een half uur naar het eiland Rottnest, een soort Texel. Hier huurden we fietsen om het eiland te verkennen. Echt fantastisch, en………. geen vliegen. 

Onder: Vanaf het Kings Park in Perth maakte ik deze foto, van deze grote Australische stad. We reden er met onze bushcamper van alle kanten doorheen, en maakten nog een tourtje per cityhopperbus. In Perth bleven we een nacht in een motel, om de volgende morgen al vroeg, dat was gistermorgen op de verjaardag van Mary, onze bushcamper in te leveren, na er 8770 km mee gereden te hebben door West Australie. Een voor ons ongekende belevenis, een droom die uitkwam. We vlogen gistermiddag naar het 2000 km noordoostelijker gelegen bloedhete Alice Springs in het Red Centre van Australië, waar we nu zijn. Want onze droom gaat verder, hopelijk komt de rest ook uit …………..

Geef een reactie