Golden Rock- Yangon – He Ho – Taungy – Kalaw – Inle Lake

Internet verbinding vanuit Myanmar blijft zeer problematisch !

Het heeft weer lang geduurd vrienden, maar we hebben weer even – gebrekkig – internet. Het reizen door zo’n primitief land is uiterst boeiend natuurlijk, maar kent zo zijn nadelen. Wat zijn wij thuis toch verwend! Telefoneren en sms-en vanuit dit land met onze telefoons is al helemaal onmogelijk net als gebruik van creditcards; maar ook internet verbindingen zijn bijna niet te maken. Soms hebben we – in de top hotels- weliswaar een verbinding, maar kunnen we toch geen foto’s of mail berichten uploaden of downloaden.   

Onder: We gaan in ons reisverslag nog even terug naar het op een bergtop gelegen bergdorpje Kyaikthiyo waar de Mon stam leeft en woont, en waar op de top van de Mount Kyaikthio de Golden Rock staat. Daar wandelen wandelen we nog wat rond; er moeten hier heel veel trappen bestegen en afgelopen worden

Onder: Voor een paar eurocenten kan je hier draagsters inhuren die je bagage of je boodschappen op deze trappen voor je uit dragen.

Onder: Zoals in de vorige editie van dit journaal al vermeld, wordt hier op het gebied van exotische etenswaren van alles aangeboden. De meest vreemdsoortige dieren inclusief koppen en ingewanden liggen hier geslacht, gevild, gerookt, gegrild of rauw uitgestald. Ook het dinerbuffet in ons hotel zag er zo ongeveer uit ! Let wel, bij een temperatuur van meer dan 30 graden ! Géén airco hier…

Onder: Op de terugreis naar Yangon kiekte ik vanuit ons busje langs de weg de bamboe huisjes waar de meeste Birmezen in wonen

Onder: Een variant hierop zijn de woninkjes van bamboe en golfplaat. De erbarmelijke plaggenhutten zijn over het algemeen omringd met vuilnishopen die de bewoners er zelf hebben gedeponeerd

Onder: Zoals we dat al in vele andere arme landen zagen; – ongeacht hoe groot armoede – voor kostbare tempels en andere Gods verheerlijkende objecten is altijd “ruimte”.

Onder: De meest primitieve vervoermiddelen worden altijd propvol geladen met vracht en mensen, de laatsten meestal bovenop de vracht.

Onder: De waterbuffels en de koeien voeren ondanks de hitte, uit verveling allerlei vermoeiende rek en strek oefeningen uit

Onder: Meestal zijn de woonhokken en hutten onder of in de nabijheid van bomen gebouwd, zodat de bewoners in de schaduw kunnen zitten.

Onder: In Bago, halverwege de terugreis naar Yangon, zien we in een Mon Tempel de Kyaikpun, 4 boeddhabeelden van 27 meter hoogte die ruggelings tegen elkaar zitten en 4 handposities van Boeddha uitbeelden; om een indruk van de grootte te geven ben ik er enthousiast voor gaan staan. Hoe groter, net als bij de liggende Boeddha’s hoe groter de loyaliteit jegens Boeddha

Onder: Van Yangon vlogen we naar Heho, een klein primitief vliegveld waar de koffers door dragers in de aankomsthal worden gezet, en de passagiers deze daar uit kunnen zoeken. We vertrekken van hier met onze nieuwe bus en chauffeur met gids naar Taunggyi, de hoofdstad van de “Shan” staat. (Shan is op 1 na grootste stam in Myanmar

Onder: De markt van Taunggyi. We hebben al vele Aziatische markten gezien, maar ook deze keer keken we onze ogen weer uit. Het is een hectische stinkende chaos. Hier een visverwerkend bedrijfje en een babykleertjes kraam op dezelfde vier vierkante meter.

Onder: Er wordt nog ouderwets gewogen, maar met welke gewichten was ons een raadsel.

Onder: De markt is gedeeltelijk op de vuilnishoop gehuisvest.

Temperatuur op hoogte overdag heel aangenaam maar s’ avonds en s’ nachts koud

Wij, maar ook onze medereizigers hebben ons verkeken op de gemiddelde dag en nacht temperaturen op deze trip. We waren in de veronderstelling dat overdag rond 30 en s’ nachts 20 graden zou zijn. Op het laagland klopt dit helemaal. Maar, een aantal plaatsen die we tot nu toe bezochten, zoals Kyaikthyio Taunggyi, Kalaw en Inle Lake liggen op zo’n 1000 tot 1500 mtr hoogte boven zeeniveau; hier dalen s’ avonds en s’ nachts de temperaturen tot zo’n graad of 9, onze kledingselectie is daar niet helemaal op afgestemd.

Onder: Op elke vierkante cm van dit land wordt voedsel verbouwd

Onder: Vanuit Taunggyi reden we naar het plaatsje Kakku, waar op een vlakte 2500 tempels bij elkaar staan. Ze dateren uit de 3de eeuw na Christus. Dit, – ook wel Stenen woud van Pagodes genoemde – tempelcomplex, is pas sinds een paar jaar voor bezoekers geopend; het is uniek dat we dit konden aanschouwen.

Onder: Het geeft een bijzonder gevoel om door dit waanzinnige doolhof van tempels heen te lopen. Wat heeft ooit mensen bezield om dit aan te leggen, vraag je je af ?

Onder: Bedenk dat dit in tijden van extreme armoede gemaakt is; weliswaar ter ere van Boeddha, maar toch……hoe ver kan een mens gaan?

Onder: Aan het eind van onze wandeling door dit bizarre bouwsel maakten we onderstaand mooie plaatje met behulp van de spiegeling in het water

Onder: Net buiten het Kakku tempelcomplex kwam dit gezinnetje in de Ossenkar aan bij hun bamboe huisje, in Volendam zou dit een voor toeristen opgezet scenetje zijn, maar hier is geen toerist te bekennen vrienden, “this is real man”.

Onder: We zitten vrijwel overal in de beste hotels ter plekke, maar het enige goede hotel in Taunggyi, – waar wij verbleven – , was het minste van de trip tot nu toe. Bij het ontbijt stond deze mijnheer – bij een broodrooster op de grond- klaar om onze sneetjes brood te roosteren. En zelfs dit broodrooster weigerde af en toe dienst…..

Onder: Vanuit Taunggyi reden we in een paar uur naar het 200 km westelijker gelegen Kalaw; onderweg zie je de vreemdste zaken, we zijn diverse keren gestopt om foto’s te maken, zoals deze.

Onder: Dan arriveren we in het hotel in Kalaw, dat eigenlijk bestaat uit een hoofdgebouw met smaakvol ingerichte bungalowtjes er om heen. Al deze moderne resorts zijn vrij nieuw; ze groeien na 2011 – toen het land voor toeristen openging – als paddenstoelen uit de grond.

Onder: Vanuit Kalaw bezoeken we een olifantenkamp, waar invalide olifanten verzorgd worden. Hier wonen de verzorgers.

Onder: Door onze vele ontmoetingen met “de olifant”, tijdens onze Azie reizen van de laatste jaren kan ik nu “lezen en schrijven” met deze vriendelijke dieren.

Onder:  Het betreft hier geen commercieel olifanten circus, zoals we dat vaak zagen, integendeel, de olifanten worden hier gewassen, waarbij wij een handje mogen helpen; ze mogen in rust van hun ouwe dag genieten.

Onder: Ria gaat even op een olifant zitten; deze olifanten hebben geen mandjes op de rug, men moet in de natuurlijke zit plaats nemen.

Onder: Tanja en Marco rijden als grote heersers uit het verleden op de olifanten (zonder mandjes) door de jungle terug naar het kamp

Trekking

Na ons bezoek aan het olifantenkamp, startten we vanuit Tauynggyi vanaf een knooppunt tussen Pine Ne Bin en Taung Ny met een “trekking”; een 3,5 uur durende wandeltocht door de vrije natuur. Het gaat daarbij door berg en dal

Onder: We liepen ruim 1,5 uur tegen een berg op, een warm en inspannend klusje, en tijdens de daling ruim 1,5 uur aan de andere kant bezochten we vele bergdorpjes, waar de bewoners nog in het stenen tijdperk lijken te leven. Onze gids maakte deze foto toen we nog aan onze klimtocht bezig waren.

Onder: De natuur waar we doorheen trokken was adembenemend mooi….

Onder: Tijdens de trekking, op de top van de berg, zagen we deze tweeling voor hun ouderlijke woning spelen; links een meisje en rechts een jongetje

Onder: Hier het complete plaatje; de vader zit voor de woning een sigaartje te roken.

Onder: We mochten even bij hem binnen kijken; de complete woonruimte, onvoorstelbaar dat een gezin hierin kan leven, zonder een stoel of tafel. Door de continue rook van het open vuur in de keuken – rechtsboven- hadden we meteen tranende ogen 

Onder: In het dorpje was dit de huisvesting van de 7 onderwijzeressen van de dorpsschool.

Onder: Het achterstraatje van de woningen van de juffen van de school

Onder: Even verderop kwamen we landarbeiders – meest vrouwen – tegen die terug naar huis liepen, volgens onze gids ruim een uur omhoog lopen vanaf hun werkplekken; opvallend was dat er nu ook enkele mannen bij waren

Onder: Terwijl de zon de ochtendnevel in de bergen voor onze ogen wegbrandt, zitten wij aan het vroege open lucht ontbijt in ons hotelletje in Kalaw op het terras van de ontbijtzaal

Onder: We hadden hier drie huisjes naast elkaar; voor de nacht was er ook een elektrisch kacheltje voorhanden.

Onder: Vanuit Kalaw vertrekken we met ons busje naar het Inle Lake, maar eerst keken we wat rond op het treinstationnetje van Kalaw; het is altijd leuk om hier even wat rond te neuzen. De computer heeft hier z.’n intrede nog niet gedaan vrienden…. De kaartjes worden cash betaald en met de hand geschreven.

Onder: Onderweg bezochten we de veemarkt buiten Kalaw, waar door over het algemeen jonge boeren enorm gekakeld en onderhandeld werd

Onder: De meeste huisjes staan net als in laos langs de wegen Het grootste deel van de plattelands bevolking, – bijna de gehele Myanmar populatie- leeft in deze huisjes.

Onder: Vlnr: Marco, Tanja, Wim en Ria in de Long Tail Boat. Aan de noordpunt van het Inle Lake, stapten we in de Long Tail Boat en voeren vandaar richting ons hotel dat aan de noordoostelijke oever van het meer ligt. Maar eerst wachtte ons nog een adembenemend mooi tripje over het meer. Mary , mijn persoon en onze gids zitten in een tweede boot

Onder:

Onder: Vissers op het “Inle Lake” meer. Dit waren vissers die voor het handjevol toeristen dat nu nog voorbijkomt een foto pose maken, en daar dan een fooi voor vragen; even verder zagen we de echte vissers.

Onder: Deze ouwe visserman kwam tijdens de foto pose van bovenstaande nepvissers ook met een mandnet en een visje dat we dan konden fotograferen. We gaven ook hem een fooi ( 25 of 50 eurocent) en vroegen hem ook de pose met de mand te maken.

Onder: Hij was van goede wil, en probeerde de mand met z’n knieen omhoog te krijgen, met z’n voet, zoals het hoort lukte niet, maar hij kreeg het niet voor elkaar.

Onder: Een echte visserman. Let op de bijzondere manier van “been roeien” die men hier kent.

Onder: Echte “been roeiende”  vissers op het Inle Lake; op de achtergrond wordt nieuwe infrastructuur aangelegd, voor de toekomstige resorts die ook hier als paddenstoelen de grond uit rijzen.

Onder: We varen nu door de Floating Gardens, zogenaamde drijvende tuinen, waar voornamelijk tomaten, bloemen, knoflook en ander gewassen worden gekweekt. Het zijn drijvende stukken gras en riet van ongeveer een halve meter dik waarop men voorzichtig kan lopen. Ze drijven los van de bodem

Onder: Met bamboestokken worden de gras, riet en wortelstructuren aan de bodem vastgemaakt zodat ze niet weg kunnen drijven

Onder: Ongeveer een derde van het oppervlak van het meer (25 x 11 km) wordt in beslag genomen door de drijvende tuinen

Onder: Overal ziet men boeren aan de drijvende tuinen werken

Onder: We varen een paar uur door kris kras dit vreemde maar uiterst boeiende en fotogenieke schouwspel; achter ons kiekte ik de boot van onze mede reizigers

Onder: Door de in het water spiegelende bamboestokken worden dit toch wel heel exotische plaatjes. Met een hek wordt het erf van een bepaalde boer afgesloten.

Onder: We naderen een dorpje dat boven het wateroppervlak van het meer uitsteekt

Onder: Het meer wordt gevoed door regenwater dat in de natte periode, van juni t/m september met bakken naar beneden komt. Omdat het waterniveau sterk wisselt staan de huizen op palen in het meer.

Onder: Een nieuw Italiaans restaurant op palen op het meer, jawel je leest het goed….hier hebben wij aangemeerd en een pizza gegeten

Onder: Vanuit het restaurant tijdens de lunch, keken we onze ogen uit naar de activiteiten van de meerbewoners

Onder: Wat moet het saai zijn voor kinderen in deze toch vrij geisoleerde omgeving

Onder: Dan, aan het einde van de middag, naderen we met onze boot ons resort voor een paar dagen

Onder: Het ziet er vooral bij sunset heel sfeervol uit.

Onder: Om jullie een indruk te geven van de top van de luxe hotel standaard in dit land, de volgende foto’s van onze kamer, op het bed liggen onder de klamboe rozen blaadjes gedrapeerd, die een figuur voorstellen.

Onder: Achter het bed nog een zitje voor de namiddag en avond.

Onder: De kamer gezien vanaf de kopse kant naar het prachtige buitenterras met groot tweepersoons zonnebed. Ook dit is Birma vrienden… afzien manneeeeeeee riepen we dan bij BZN.

Onder: Vanuit de kamer komen we in twee brede ruimten, de verste is die met de douche en het bad

Onder: Dit is de gang met achter de ruimte entree, voor de garderobe, en de safety box

Onder: De douche, met kleine en grote straal

Onder: Rechts naast de douche de teakhouten badkuip

Onder: Uitzicht vanaf het balkonterras van onze kamer, waarop we na een lange en mooie dag na aankomst eerst maar es van een koud biertje genoten

Onder: En na het diner en voor het naar bed gaan kan ik dan in dit hotel vanaf deze riante kantoorplek even aan mijn journaal werken. Voor de goede orde even dit: zo zijn niet alle hotels waar we in verblijven